HOLLAND
HET WAPEN VAN HOLLAND IS EEN RODE LEEUW MET BLAUWE
TONG EN klauwen
op een gouden veld. In de romeinse tijd werd de noordelijke duinrand en het
daarachter gelegen veengebied bewoond door de Cananefates. Ten zuiden van de
Rijn waarlangs de noordelijke grens van het Romeinse Rijk liep, woonden in
het gebied van de grote rivieren de Bataven. Deze stam stond in nauw contact
met de Romeinen waaraan zij geen tribuut betaalden maar mannen afstonden voor
de krijgsdienst. Ook na de opstand van 69-70 onder Julius Civilis bleef deze
situatie bestaan [2]. Niet lang voor
de val van het West-Romeinse Rijk treffen we bataafs
voetvolk en bataafse ruiterij aan onder de romeinse legerafdelingen. Van deze
"auxiliarii" of hulptroepen is zelfs bekend hoe de symbolen op
schilden van de soldaten er hebben uitgezien. Er staan verschillende figuren
op, o.m. een ster en concentrische cirkels. Batavii |
||
|
|
|
Batavii
Juniores |
Batavii
Seniores |
|
In de daaropvolgende eeuwen wordt de continuiteit
in de bewoning van de delta van de grote rivieren verstoord. In de karolingische tijd zien we de duinstrook "van Vlie
tot Maas" beheerst door graven uit een fries gravengeslacht. Pas aan
het eind van de twaalfde eeuw echter zien we dit geslacht zich van een vast
symbool gaan bedienen. |
||
Het
Grafelijk Wapen. |
||
De oudste afbeelding van het wapen van een hollandse graaf staat op het zegel van Dirk VII
(1190-1203). Dit zegel hangt aan een oorkonde uit 1198 en toont de graaf te
paard met voor zich een schild waarop duidelijk een leeuw is afgebeeld. [3] Dezelfde figuur
is te zien op het schild dat zijn broer Willem op zijn zegel draagt. Willem
is daarop net zo afgebeeld als Dirk VII maar op zijn helm is een plastische
figuur van een staande leeuw aangebracht als helmteken. [4]
De kleuren van de leeuw en het schild zijn pas een
halve eeuw na het eerste voorkomen van het wapen voor het eerst op schrift
gesteld. In de wapenrol Bigot uit ca. 1254 staat: Le comte de Holandre,
l'escu d'or a un lion de geules rampant. Holandois (De graaf van Holland, een
schild van goud met een klimmende rode leeuw. Hollands). In dezelfde tijd
wordt het wapen afgebeeld door de engelse
benediktijner monnik Mattheus van Paris in zijn kroniek over de geschiedenis
van Engeland. Hij beschrijft daarin zowel de verkiezing tot Koning van Rome
in 1247 als de dood van Willem II in 1256. Bij beide passages beeldt hij in
de marge het wapen van Willem II af. De tekeningetjes wijken alleen op
detailpunten van elkaar af en de kleuren komen precies overeen met die welke
in de wapenrol worden genoemd. [5] Met
de dood van Jan I in 1299 stierf het oude hollandse
gravenhuis uit. Een opvolger werd gevonden in de zoon van zijn tante Aleida
(en dus toch nog een verwant) Jan van Avesnes, die al vanaf 1280 Graaf van
Henegouwen was (hij werd in Holland dus Jan II). Als Graaf van
Rijks-Vlaanderen waarmee hij op 6 november 1279 door de Duitse Koning Rudolf
van Habsburg was beleend, voerde hij het wapen met de zwarte leeuw op het
gouden veld van Vlaanderen. Het helmteken dat hierbij hoorde was een adelaar,
het symbool van de Romeinse en Duitse Koning, waarmee werd aangegeven dat hij
over het deel van Vlaanderen het bewind voerde dat binnen de grenzen van het
Duitse Rijk was gelegen. [6]) Nergens blijkt
verder uit dat hij de kepers van het wapen van Henegouwen voerde maar het is
toch waarschijnlijk dat Jan I de drie verschillende wapens van zijn gebieden
tegelijkertijd gebruikte. Na
de regering van Jan II komt het wapen van Holland voor in kwartilering met
het wapen van Vlaanderen. Het is niet duidelijk of Jan II dat zelf al zo
gevoerd heeft omdat er geen zegels van hem uit de jaren van zijn regering in
Holland zijn bewaard gebleven. Zeker kon hij het wapen van Holland met recht
gebruiken want pogingen van de Duitse Koning Albrecht I van Habsburg om hem
van de opvolging in Holland uit te sluiten waren in 1300 mislukt. Zeker is
echter dat Willem III het gekwartileerde wapen voerde want het komt voor op
zijn grafelijk zegel. [7]) In
een poging de Friezen te onderwerpen sneuvelde de opvolger van Willem III,
Willem IV in 1345 bij Stavoren. Keizer Lodewijk de Beier beleende het
volgende jaar zijn vrouw Margaretha met de graafschappen. In september 1346
werd het bestuur in Holland en Zeeland opgedragen aan de toen dertienjarige
zoon van Lodewijk en Margaretha, Willem V. Zoals gebruikelijk in die tijd
kwartileerde hij voor zichzelf de wapens van zijn vader en van zijn moeder,
dus van Wittelsbach en Henegouwen/Holland. Dit gekwartileerde wapen is in
gebruik gebleven tot de dood van de laatste Gravin van Holland uit het Huis
Wittelsbach, Jacoba. Het werd daarna nog gebruikt door Filips de Goede. Het
helmteken dat bij dit wapen hoort is een pauwestaart. Het werd voor het
eerste gebruikt door Willem IV. |
||
Pronkstukken. |
||
Zoals we zagen stond er op de helm van Dirk VII al
een leeuwtje en dit is één van de weinige helmtekens die uit die tijd bekend
zijn. Helmtekens komen verder in de dertiende eeuw in enige variatie voor en
iedere graaf had zijn eigen bijzondere helmteken. Zo was het helmteken van
Floris IV een ruitvormig scherm waarop de hollandse
leeuw. Op de helm van Floris V staat een waaiervormig geplooide doek. De
graven uit het Henegouwse huis gebruikten een adelaar. Willem IV gebruikte
aanvankelijk een punthoed met pauweveren maar later een pauwestaart. [8] In
1405 liet Willem VI een zegel snijden waarop zijn wapen wordt vastgehouden
door een leeuw die binnen een omheining of Tuin staat. Deze figuren kwamen in
de plaats van de adelaar die tot dan toe gewoonlijk als schildhouder van het hollandse grafelijke wapen had gediend. De vervanging van
de adelaar kan zeker gezien worden in het licht van de mislukte friese veldtochten van graaf Albrecht die er toe geleid
hadden dat alle kansen dat de Friezen ooit de Hollandse Graaf als hun heer
zouden erkennen waren verkeken. Het rijksleen Friesland kon dus wel door
Willem VI opgegeven worden en daarmee ook de adelaar die dit leen kon
symboliseren. De
leeuw als schildhouder kan zeker afgekeken zijn van de schildhoudende
leeuwen van Vlaanderen en Brabant die al langer in gebruik waren. Men
heeft wel gemeend dat de vorm van de "Hollandse Tuin"
zoals de omheining wordt genoemd, moet zijn ontleend aan de verschansing
rondom het grafelijke kamp bij het beleg van Hagestein in 1405, die er precies zo uitgezien moet hebben. Daar staat
tegenover dat de Tuin ook een symbolische betekenis had. Hij was het zinnebeeld
van de beslotenheid en komt als zodanig voor in verband met symbolen van
bezinning en maagdelijkheid zoals resp. de Bron des Levens, Maria of een Eenhoorn. Waar
Graaf Willem VI zich ook door heeft laten inspireren bij zijn keuze voor de
Tuin, vast staat dat deze tot 1806 in verband met het wapen van Holland werd
gebruikt. [9] |
||
Latere
Ontwikkelingen. |
||
Door Filips de Goede werd het grafelijk
wapen weer teruggebracht tot zijn oorspronkelijke, eenvoudige vorm. Als helmteken
gebruikte hij de staande leeuw zoals op de helm van Willem I. Naderhand
echter komt dit helmteken niet meer voor en werd de wapenvoering voor
Holland beperkt tot het wapen alleen. Aan het begin van de regering van
Karel V verschijnt er een kroon met dertien parels op het wapen. Onder
Filips de Schone zien we de Tuin weer verschijnen maar hij heeft dan al een
ruimere betekenis omdat hij staat op een jeton van de muntmeester van
Vlaanderen. Tijdens zijn regering werd ook een wapenbord geschilderd waarop
het wapen van Jacoba van Beieren staat, gedekt met een hertogelijke kroon en
geplaatst binnen de Tuin. Ook onder Karel V en Filips II komt de Tuin als
pronkstuk van het wapen van Holland voor. [10]) Na
de feitelijke beeindiging van het grafelijke gezag in Holland in 1572 namen
de Staten van Holland het gebruik van de Hollandse leeuw over. Aanvankelijk
was men hiermee zeer voorzichtig. Op het signet van de
Staten steunt de leeuw binnen de Tuin niet het wapen maar houdt hij een
vaandel omhoog waarop de Hollandse Leeuw staat, dus naar het model van de
jeton uit de tijd van Filips de Schone. De leeuw met vaandel en Tuin
werd door de Staten van Holland gebruikt tot 1582. Gedurende
de Opstand werd de Leeuw met de Tuin een symbool van de opstandige gewesten.
Vanaf 1574 werd de gewone leeuw vervangen door de Nederlandse Leeuw die te
herkennen is aan het zwaard dat hij in de klauw heeft. De Nederlandse Leeuw
en de Tuin werd naderhand het symbool van de Nadere
Unie. Tijdens
het bewind van Frans van Anjou werd het wapen van Holland zoals dat door
Filips de Goede was gevoerd weer hersteld. Op munten die volgens resolutie
van 20 mei 1583 werden geslagen wordt het schild gedekt door een aanziende
traliehelm met een uitkomende leeuw (dus niet een staande zoals bij Filips de
Goede) als helmteken. Tegelijk verscheen de wapenspreuk "VIGILATE DEO CONFIDENTES" (Waakt op God
betrouwende). De helm met helmteken verdween echter na 1584 weer en werd
vervangen door de gebruikelijke gravenkroon. Deze kroon werd al spoedig
gemoderniseerd tot een kroon met drie fleurons en twee parels. Aan het begin van de zeventiende eeuw
werden twee leeuwen als schildhouders toegevoegd. In
de achttiende eeuw verschijnt er op publicaties van de Staten van Holland een
nieuwe wapencompositie waarbij het hollandse wapen
werd gedragen door de Nederlandse Leeuw met het zwaard, staande binnen de
Tuin. Ook
na de omwenteling van 1795 bleef het wapen in gebruik. In 1796 werd nog een
zegel gesneden waarop het staat. [11])
Ook de oude wapencompositie met de Tuin bleef maar met dit verschil dat de
Nederlandse Leeuw nu in plaats van het zwaard een speer met een vrijheidshoed
vasthoudt, dus zoals de Nederlandse Maagd op het staatszegel. Aan deze
speer hangt het wapen. Bij
de splitsing van Holland in de departementen van Texel, van den Amstel en van
de Delf, verdween het hollandse wapen tegelijk met
het gewest. In de departementen werd gezegeld met het vignet van de
Bataafsche Republiek en dus met het staatswapen (of -embleem). [12]) Bij
de staatsregeling van 1801 werden de drie departementen weer samengevoegd tot
het Departement Holland. Voor het departement kwam ook de oude
wapencompositie van 1796 weer in gebruik. In
1806 werd het rijkswapen in het ambtelijk verkeer
met uitsluiting van alle andere wapens voorgeschreven en daardoor kwam er
een einde aan het officiële gebruik van de hollandse leeuw. Niettemin bleven
de departementen wel een wapen houden ook al was de status hiervan onzeker.
Toen Holland bij het Tractaat van Fontainebleau van 11 november 1807 wederom
werd gesplitst, en nu in twee delen, kreeg het departement Maasland het
wapen van de gemeente Den Haag dat een ooievaar met een paling in de snavel
voorstelt. Dit wapen is eigenlijk alleen maar bekend van de keten van de
Orde van de Unie die Lodewijk Napoleon in 1808 liet maken. Na
de inlijving van het koninkrijk bij Frankrijk werd het departement Maasland
omgedoopt in "Departement des Bouches de la Meuse". Zoals ook in de
rest van Frankrijk vertonen de zegels en de cachetten van deze departementen
het rijkswapen, dus de adelaar, gezeten op een bundel bliksemschichten. [13]) Na
de totstandkoming van het Koninkrijk der Nederlanden bleef de verdeling van
Holland gedeeltelijk bestaan. Er waren toen twee Colleges van Gedeputeerde
Staten en twee Gouverneurs maar slechts één College van Provinciale Staten.
Dit gebruikte het aloude wapen met de leeuw van Holland. Na de verdeling van
de provincie in Noord-Holland en Zuid-Holland in 1840 werd het wapen in beide
delen gebruikt. Zuid Holland werd bij K.B. van 28
februari 1947 in het gebruik van het oude hollandse
wapen bevestigd. Jammer genoeg werd niet de gelegenheid te baat genomen de
heraldisch gezien unieke Hollandse Tuin te herstellen. In plaats daarvan werd
de voorkeur gegeven aan twee rode (hollandse-) leeuwen als schildhouders. Op
het schild kwam een kroon met vijf bladen en vier parels. Bij
K.B. van 30 december 1959 werd de wapenspreuk "Vigilate Deo
Confidentes" in rode letters op een gouden lint toegevoegd. |
||
|
||
|
||
Hollandse Huis |
||
Dirk I Gerulf I Gerulf II |
+ † 939 |
|
|
||
Dirk II |
Graaf van het Land tussen Vlie en Maas 25.08.985 -
† 988 |
|
Graaf Dirk II
van Holland en zijn gemalin Hildegardis schenken een Evangeliarium aan de
abdij van Egmond. Pen- en penseeltekening op perkament. 231 x 207
mm. Evangeliarium van Egmond, door een anonieme
Benedictijner monnik. 2e helft 10e eeuw. K.B. Den Haag, Hs. 76 F.1. Laatste blad. Het latijnse opschrift
luidt: Hoc textum dedit almo patri teodoricus habendu Necnesibi coniunctisimul hildgardis amore Altberto quox memor uesit iure per euum. (Dit boek heeft Dirk samen
met zijn geliefde vrouw Hildegardis aan de goede vader Adalbert geschonken,
opdat hij altijd aan hen zal blijven denken.) |
||
Aarnoud |
† ca. 994 |
|
Dirk III |
995-1039 |
|
Dirk IV |
1039-1049 |
|
Floris I |
1049-1061 |
|
Dirk V |
1061-1091 |
|
Zijn zegel uit 1083 in Corpus Sigillorum Neerlandicorum
n° 499 |
||
Floris II |
1091-1122 |
|
|
|
|
Dirk VI |
1122-1157 |
|
Ruiterzegel: De graaf met cilinderhelm, zwaard en
driehoekig schild. L.:
teodericvs dei gracia hollandensivm comes. (A.R.A.
Den Haag). Zandstenen
tympanon (ca 1122-‘32) afkomstig van de Abdij va Egmond. De Heilige Petrus wordt vereerd door Graaf Dirk VI
en zijn moeder Petronilla Rijksmuseum, Amsterdam, BK-NM-1914 In
de booglijst in Leoninische verzen (gedeeltelijk verkort): IANITOR O CELI TIBI P(RO)NV(M) MENTE FIDELI +
INTROMIT(T)E GREGEM SV(PER)V(M) PLACANS SIBI REGEM (O, Deurwachter des Hemels, doe deze met gelovig
hart voor U knielende Schare binnenkomen en verzoen met haar den Koning der
Hemelingen); op de plint: HIC
THID(E)RIC ORAT - OPUS H(O)C PET(R)ONILLA DEC(O)RAT (Hier bidt Dirk - dit werk is door Petronella
versierd; vertalingen naar Van Wijn). Afmetingen: h
88 cm × b 175 cm |
||
Floris III |
1157-1190 |
|
Zijn
zegels in Corpus Sigillorum Neerlandicorum 501 D.: 1167 & 502 D.: 1176-1190 |
||
Dirk VII |
1190-1204 |
|
Ruiterzegel
van Dirk VII aan een oorkonde uit 1198. Op dit zegel staat de oudste afbeelding van het
wapen van Holland. (R.A. Utrecht). 1198 Ruiterzegel: W.: Leeuw. L.: X theodoricvs. de- gratia. hollandie comes. D.: 1198 CSN 503 1201 Ruiterzegel: W.: Leeuw. L.: X theodoricvs dei grat ollandie
comes. D.: 1201 (CSN 504). |
||
Ada |
1204 |
|
|
|
|
Willem I |
Graaf van
Friesland 1197-1222 Graaf van Holland 1204-1222 |
|
Ruiterzegel
uit 1205 van Graaf Willem I. 1205 Ruiterzegel. W: Leeuw. C: Leeuw. L.: sigillv …..vvi..........
D.: 1205 (CSN n° 507). Op de helm staat een leeuwtje als helmteken.
(A.R.A. Den Haag.) Uit:
Heinrich van Veldeke: Eneït 1205 CSN 508: Tegenzegel van 507. D.: 1205. Ruiterzegel
1213 (CSN 509) W.: Leeuw. H.: Leeuw. L.: X sigillv willelmi comitis de hollandia.
D.: 1213 1222 Tegenzegel: W.: Leeuw. S.: Adelaar. L.: X
[willelm]vs [co]mes : frisie
[+]. D.: 1222
(CSN 510). |
||
Floris IV |
1222-1234 |
|
Tegenzegel. W.: Leeuw. S.: Adelaar. D.: ? (CSN
515) Ruiterzegel
1231 (CSN 514) W: Leeuw. Helmteken: Ruitscherm met leeuw. D.: 1231.. |
||
Willem II van Holland |
*1227-†
28.01.1256 Graaf van
Holland 1234 Koning van
Rome en Duitsland 1247 Gekozen
03.10.1247 Gekroond
Aken 01.11.1248 Herkozen
1252 Graaf van Zeeland 1256 |
|
Graaf van
Holland CSN 519 D.: 1242 CSN 520 D.: 1245 Wapen: Goud, een rode leeuw (niet op zegels) 1254 A. De Graaf van Holland (Willem II, 1234-'56)
en zijn vazallen in de wapenrol Bigot,. 21.
Le comte de Holandre, l'escu d'or a un lion de geules rampant. 55. Esteul de Seillers,
l'escu de geules a trois pilirs d'argent. Baneres et Holandois. (Zweder van
Zuylen) 57. Li sires de Briederode, l'escu d'or a un lion de geules au
lablel d'azur. (B.&.H.)
58. Tieris d'Esterlingen,
l'escu d'or au lion de geules au lablel blanc
(B.&.H.) (= Teylingen) 62. Jehans Presins, l'escu bendé d'or et d'azur de travers a
sautires de geules en l'or. (B.&.H.) (= Persijn) 82. Gerars de Vuastime, l'escu d'or a une molette de geules perchie
au lablel d'azur (H.) (= Woestine) 83. Ernox d' Hamequerke, l'escu d'azur au lion d'argent
rampant. (H.) (= Heemskerk) 84. Ernise de Holain, l'escu ondé d'or et de geules a deus faisseus
d'argent encastelees desox et deseure. (H.) 85. Alebert de Leuch,
l'escu ondé d'or et de geules as besans d'argent es
geules (H.) (= Wulven) 132. Ernox de Landecrone, l'escu d'azur a une couronne d'or.
Holandois Wapens van Willem van Holland in de Historia
Anglorum van Mattheus Parisiensis (HA14 f. 141v°): 1. Or, a lion rampant gules armed azure. L.: Scutum Willelmi comitis. Primum scutum ejusdem de Holandia aspirantis
ad imperium. 2. Azure, on a chief gules a demi-lion rampant issuant or.
L.: Scutum Willelmi comitis. Wapen van Holland in "De Geschiedenis van
Engeland" van Mattheus van Paris bij een passage die de verkiezing van
Willem tot koning van Rome in 1247 beschrijft. Het bijschrift luidt: Scutum
Willelmi comitis. Primum scutum ejusdem de Holandia aspirantis ad imperium.
(Wapen van Graaf Willem, het eerste schild is dat van de hollandse
opvolger in het Rijk). (Brit. Libr. Ms. Roy. 14.C.VII, fol. 141 v ). 2.
Or, a lion rampant queue fourchée gules. CM14 f. 182v. Dood van Willem, 1256
boven het schild uitstekend een gevest, erboven een omgekeerde kroon. Graaf van
Zeeland Wapen: Blauw, een rood schildhoofd met een uitkomende
gouden leeuw. (niet op zegels) Mattheus
Parisiensis 3. Azure, on a chief gules a demi-lion rampant issuant or. HA14 f. 141v.: Scutum Willelmi
comitis. Koning van
Rome en Duitsland 1247 De koning op zijn troon met kroon, scepter en
rijksappel. L.: ...mis ho di gra rom
in regeo electvs sem augustus. D.: 1247. (AGN 2 p. 332) 1248-1256 De koning op zijn troon met kroon,
scepter en rijksappel. L.: X : willelmvs: dei : gracia : romanorum : rex : semper
: augustus. (1248-1256)
(CSN 522) Tegenzegel: Adelaar (CSN 523) 1252 De koning op zijn troon met kroon, scepter en
rijksappel. L.: X * : willelmvs dei . gracia : romanorvm : rex : semper avgustvs. D.:
1248, 18.VI.1252.
(AGN 2, p. 294; Die Zeit, n
57; CSN 521.) |
||
Floris de Voogd |
*1228 ca. - †26.III.1258 |
|
Het wapen met de leeuw
van Holland intussen, werd gevoerd door Willems broer Floris de Voogd. Deze
kwam, evenals zijn vader Floris IV en zijn oom Willem vóór hem, om bij een tournooi. Op een
zegel van hem aan een oorkonde van 24 december 1257 die dus enkele dagen voor
zijn dood in Antwerpen, waar het toernooi werd gehouden, werd uitgeschreven,
staat het wapen met de leeuw met het omschrift X florentivs de hollandia
(waaruit de
titel „graaf” dus is weggelaten).
Dat het wapen met de leeuw verder door Floris werd gevoerd zou ook kunnen
worden bewezen door het grafmonument in de Koorkerk in Middelburg. [14] Dit monument, waarvan in 1817 slechts een
brokstuk werd gevonden, bestond uit een liggende figuur in 13e eeuwse
wapenrusting met een driehoekig schild aan zijn arm waarop een leeuw. Met
grote zekerheid is dit het monument voor Floris de Voogd die op „de vii dach van Meye” (1258) in
Middelburg werd bijgezet. [15]. Zegel van Floris de Voogd 24 december 1257 Zijn
grafmonument in de Abdijkerk van Middelburg. Ook wel: Monument voor Willem II |
||
Floris V |
1256-1296 |
|
1285-1289 Ruiterzegel: W: Leeuw. Helmteken:
Waaier. L.: s'
florencii : comitis : hollandie : *. D.: 1285, 1289. (CSN
533) 1289 Tegenzegel van 533. Wapen: Leeuw S.: Adelaar.
D.: 1289. (CSN 534) The 'tomb' of count Florence V of Holland in the
‘Grote Kerk’ (St. Laurentius church) of Alkmaar has a remarkable history
which can be summarized as follows. After his assassination in 1296 the body
of Florence V was carried to the church of Alkmaar where it was placed in the
choir, and stayed there for almost a year before it was buried in the abbey
of Rijnsburg. The intestines, however, remained in the church of Alkmaar, and
a donation for a memory chapel was made to commemorate the count. When in 1414 the amount of this donation was fixed
again, the place where the intestines were buried was marked by an
inscription on the stone below which the intestines were buried. On this
stone the coffin of the count was once placed. When the church was demolished
in the period 1468-1509, the stone was saved and placed on a wooden pedestal. This 'tomb' was placed in the choir of the
(present) new church. Towards the middle of the 16th
century the arms of the count were painted on the wooden panels. After a
restoration during the years 1998/99, the 'tomb' has recovered its original
monumental character. |
||
Jan I |
1296-1299 |
|
Zoon van Floris V 1297 Tegenzegel. Wapen: Leeuw. S.: Adelaar. D.:
1297, 1299. (DNL; CSN 538) 1298 Ruiterzegel: W: Leeuw. Helmteken: Waaier. L.:
s’ iohannis landie. D.: 1298. (CSN 537; DNL) |
||
Huis Avesnes |
||
Jan II |
1299-1304 |
|
Zoon van Jan I van Avesnes (1218-‘57) en Aleida
van Holland Ruiterzegel a. Wapen: Leeuw. Helmteken: Adelaar.
D.: 1299. (DNL 1930) Ruiterzegel b. Wapen: Leeuw. Helmteken: Adelaar.
D.: 1299. (DNL 1930) Wapen van
Jan II ~ 1400 In “Het Haagse Handschrift van de Heraut
Beyeren.” fol. 22 r°. [16] Het bijschrift luidt: Dits Ian die graue van henegouwe Des kueninc williams zuster, zoon als ic scouwe ‘Des kueninc williams
zuster’ was Aleida van Holland (1234-’85), getrouwd met Jan I van Avesnes
(1218-’57) |
||
Willem III |
1304-1337 |
|
Zoon van Jan II Ruiterzegel
van Graaf Willem III Wapen: ¼ van Henegouwen-Holland. Helmteken: Adelaar. L.: S' GVIL DEI : GR[A] .
COMITIS : HAYNN : HOLLANDIE : AC : DNI : FR[ISIE]. (A.R.A. den Haag) Het helmteken heeft Willem IV overgomen van zijn
vader Jan van Avesnes die het bewind voerde in Rijksvlaanderen. |
||
Willem IV |
1337-1345 |
|
Ruiterzegel
van Willem IV, 1339 Wapen: ¼ van Henegouwen-Holland. Helmteken: Kroon en punthoed met pauweveren. L.: S' GVILLI : COMITIS .
HANONIE HOLL : ZELANDIE : AC DNI FRIZIE. D.: 1339. (Vredius p. 57, V.d. Laars fig. 291). In de heraldiek is een
pauw het symbool van een prefect dat is de hoogste
bestuurder in het voormalige Romeinse Rijk. |
||
Margaretha van Holland |
1345-1354 ¥ 1324 Lodewijk IV van Beieren |
|
Dochter van Willem III en zuster van Willem IV W: ¼ Henegouwen-Holland. S. Adelaar. L.: X S’ MARGARETHE : DI : GRA
: ROMANOR: IPATCIS : SEMP : AUGUST X COMITISSE : HANONIE :
HOLLANDIE : ZELANDIE : ET : DOMINE FRIZIE. W: ¼ Henegouwen-Holland. S. Adelaar. L.: X S’ MARGARETHE : COMIT : HAYN : HOLL : ZEEL
: AC : DNE FRIZIE:. |
||
Huis Wittelsbach |
||
Willem V |
1354-1358 |
|
Zoon van Keizer Lodewijk van Beieren en Margaretha Wapen van
de Graaf van Holland uit het Huis Wittelsbach en zijn vazallen in het
Armorial Bellenville. fol 40 r [17] Op de volgende bladen nog
meer wapens van vazallen |
||
Albrecht |
1358-1404 |
|
Zoon van Keizer Lodewijk van Beieren en Margaretha
van Holland Wapen van
Graaf Albrecht en zijn vazallen in het wapenboek Gelre. [18] Op de helm een rode kroon waaruit een pauwestaart
steekt. Het bijschrift "Die Htoge van Hollant", noemt de
hertogstitel van Beieren die Albrecht droeg. (). Op de volgende bladen nog
meer wapens van vazallen |
||
Willem VI |
1404-1417 |
|
Wapen
van Willem VI [19] |
||
Jacoba van Beieren |
*1401-†1436 1417-1433 1 ¥ 1415 Jan van Touraine †1417 2
¥
1418-1419 Jan IV van Brabant 3
¥ 1423
-1428 Humphrey van Gloucester 4 ¥ 1434 Frank van Borssele |
|
(Foto H.P. de Vries.) Wapen van
Jacoba van Beieren in de Grote of St. Bavokerk Haarlem. Dorsaal van de
koorbanken. Het wapen op een ruitvormig schild. Onderaan de
Hollandse Tuin die ook op het zegel van Jacoba stond. De hertogelijke kroon
dateert het wapenbord op het eind van de XVe eeuw. W.: Ruitvormig: ¼ Wittelsbach en Henegouwen
Holland. K.: Een Hertogshoed. Pronkstuk: De Hollandse Tuin. Waarschijnlijk is dit het wapen van Jacoba van
Beieren als Hoofd van de Orde van de Tuin. |
||
Jan III van Beieren |
1418-1425 |
|
W.: ¼ van Wittelsbach en Henegouwen-Holland. Bergsh. fol. 26 v°, n° 218. Vaandel: als 218. Bergsh.
fol. 47v°, n° 440d. W.: als 218. Bergsh. fol. 85v°, n° 1170. [20] Wapen van de Graaf van Holland in het wapenboek van
Hendrik van Heessel, ca. 1456. [21] Links (dexter) de kwartieren van
Wittelsbach en Henegouwen-Holland, Rechts (sinister) de kwartieren van
Habsburg en Frankrijk (Valois) Dit
zijn de wapens van vier van de overgrootouders van Jan III: Lodewijk II van Beieren (1229–1294) ∞ 1273 Mathilde van Habsburg (1253-1304) Willem III van Holland(1287-1337) ∞ 1305 Johanna van Valois (1294-1352) |
||
|
||
Bourgondische Huis |
||
Filips de Goede |
1432-1467 |
|
|
|
|
Wapen van
Holland in het Wapenboek Bergshammer |
Wapen van
Holland in Gestes de Gerard de Roussillon |
|
Wapen van Holland aan het begin van de regering
van Filips de Goede. Het wapen teruggebracht tot zijn eenvoudigste vorm. Op de
helm het helmteken van Graaf Willem I: een rode staande leeuw. (Wapenboek
Bergshammer, fol. 15 r . R.A. Stockholm.) W.: Goud, een rode leeuw C.: Kroon met gezeten
rode leeuw. K. Rood.. Bergsh. fol 15 r° , n° 102. L.: hollant. 1440 ca W.: Goud, een rode leeuw met blauwe tong
en klauwen. C.: Een rode kroon en een pauwestaart. K.: Hermelijn. Bergsh.
fol. 106 r , n° 1499:
gr van hollant. 1450 ca Remissorium Philippi, (Nationaal Archief
Toegangsnummer 03.01.01): Goud, een rode leeuw. 1450 W.: 1. Holland. 2. ¼ Wittelsbach en
Henegouwen-Holland. (Jean Wauquelin:
Gestes de Gerard de Roussillon 1450. Codex 2549, fol. 6. Nat. Bibl. Öst., Wien.) |
||
Karel de
Stoute |
1467-1477 |
|
Wapen van Holland
op een Gravure van Meester WA, 1468. Wapen van
Holland op de Krijgsverordening van Karel de Stoute, 1473 |
||
Maria de Rijke |
1477-1482 |
|
Maria van
Bourgondië met de zeventien wapenschilden van haar territoria, ca. 1480-1500. Het wapen van Holland in de rechter kolom, derde van
boven. [22] |
||
Habsburgse Huis |
||
Filips de Schone |
1482-1506 |
|
Diptiek
met Filips de Schone en Margaretha van Oostenrijk. Margaretha omringd door de wapens van de Nederlandse
gewesten National Gallery, London |
||
Maximiliaan I |
Regent
1506-1515 |
|
1512 Triomfpoort van Maximiliaan 1515/1517.
gekroondedLeeuw |
||
Karel V |
1515-1555 |
|
1515 Zegel: W.: Leeuw. Schilderij Mechelen ca. 1540: Goud, een rode leeuw
met blauwe tong en nagels. Kroon: 13 parels. 1528 Zegelstempel van de Hollandse rekenkamer.
Gekroond wapen van Holland omgeven door de wapens van Zeeland, Friesland
Utrecht en Overijssel. De wapens van Utrecht en Overijssel nieuw. Voor
Utrecht: Holland met een wit Grieks kruisje op de schouder; voor Overijssel:
Holland, het veld doorsneden met een blauwe balk. Banier van Holland Als
op het ‘Schip van Staat’ meegevoerd bij de begrafenisstoet van Karel V Uit: La magnifique et sumptueuse pompe funèbre faite aus obseques et funérailles du très grand et très victorieux empereur Charles cinquième célébrées en la ville de Bruxelles le 29 Jour du mois de Décembre 1558 par Philippes Roy catholique d'Espaigne, Son fils : Plantin , 1559. [23] |
||
Filips II |
1555-1581 |
|
Wapen van Holland in de St. Jans Kerk in Gouda,
1555-‘72 Tegenzegel
van Filips II voor Holland 15?? Uit: Vredius O.: Sigilla
Comitum Flandriae, 1639; p. 213. W.: Holland. K.:
10 parels. L.:
contra sigillvm comitis hollandiae. Op het bijbehorende ruiterzegel Koning Filips II
te paard omringd door zijn persoonlijk wapen en de wapens van Holland,
Zeeland en Friesland. De
Wapenspreuk met jaartal 1565 Gevel Raadhuis ’s Gravenhage Dit is het oudste voorkomen van de wapenspreuk VIGILATE
DEO CONFIDENTES (Waakt op God Betrouwende) die daarna vaak in verband met het
wapen van Holland zou voorkomen. 1577 nov. 6: Besluit van de Staten van Holland „dat een
secreet zegel voor den Staten van Holland ad causas gemaickt zal worden,
dairinne opte circonferentie de wapenen van alle de
besloten steden van Hollant gestelt zullen worden, overmindert 't recht ende
d' autoriteyt van den zeghelen van den steden”. [24] Hierover is verder geen informatie beschikbaar
maar het besluit schijnt nooit uitgevoerd te zijn. De wapens van de Hollandse
steden komen bijvoorbeeld voor op de Groothoofdspoort in Dordrecht. Op de wapencompositie
als gebruikt vanaf het begin van de 17e eeuw, staan eveneens wapens van de
Hollandse steden |
||
1581-1795 |
||
Hollandse Rijksdaalder met
het wapen van Holland. Op het schild een gekroonde helm met een uitkomende
leeuw als helmteken. Op de keerzijde staat de
wapenspreuk VIGILATE DEO CONFIDENTES. (Waakt op God
Vertrouwende) Hollandse
Daalder, 1583 KPK Leiden R°: Krijgsman met zwaard. L.:
vigilate deo confidentes. V°: Wapen: Holland. Helmteken: Kroon en uitkomende leeuw. 1585 jan 9 Resolutie van
de Staten van Holland dat een zegel gemaakt zal worden. Opdracht aan Meester
Gerard, ijzersnijder in de munt van Dordrecht. |
||
1585 Januari
9. De Staten van Holand besluiten tot
het doen vervaardigen van een groot-zegel, wijzen twee edelen aan als
zegelbewaarder en stellen het zegelrecht vast. De
Staten aengemerckt ende in consideratie geleydt hebbende, dat bij eenighe van
hem brieven van leenen, octroyen ende commissien ende remissien ende gratien
worden versocht, ende dat
daerinne bij deselve Staten voorsien magh worden, totdat diesaengaende anders
soude mogen worden gedisponeert ende
daeromme noodsaeckelijcke ordre gestelt moet worden in wat forme de depeschen
ende brieven daeraf sullen wordend geïntituleerd ende bezegelt, hebben
verklaert ende geresolveert, dat voor het eerste alle brieven van leenen, van
gratien, octroyen ende commissien ende diergelijcke, alreede verleent ende
niet gedepescheert ende noch verleent sullen worden, sullen worden
geintituleert op den naem van de Staten van Holland sulcks als hier boven
staet geannoteert ende
dat daeraf de depesche gedaen en gecontinueert sal worden bij Johan Purtijck
als secretaris vanwegen de Staten voornoemd; uytgesondert
dat de brieven van leenen onder den voorsz. titul mede gedepescheert sullen worden ende onder het nieuwe zegel, midts dat de
depeschen van deselve brieven gedaen sal worden bij den griffier van de
leenen ende onderteykent als naer ouder gewoonte, mits betalende in allen het
voorgaende recht; ende
dat daertoe met den aldereersten mede een zegel sal worden gemaeckt,
inhoudende een klimmende leeuw ende daerop in circumferentie SIGILLUM ORDINUM HOLLANDIÆ,
wesende de grootte van het zegel van justitie, daermede
alle verzegelinge als vooren gedaen sal worden totdat met andere ordre
daerinne sal wesen voorsien. Ende ten eynde met goede opsicht ende kennisse deselve
verzegelinge ghedaen magh worden, hebben de Staten voornoemt gecommitteert
den Heere van Mathenes ende Jonker Abraham van Almonde tot bewaernisse van
den voornoemden zegele, sulcks dat egeene verzegelinghe daermede bij
henluyden ghedaen sal worden dan in tegenwoordigheydt van hen beyden ende dat
henluyden bleecke sulcks bij de Staten voornoemt geconsenteert te zijn; sonder
dat nochtans de Staten eenighsints verstaen, dat het voornoemde zegel
ghebruyckt sal worden aen eenighe brieven van verseeckertheydt, obligatien
ofte andere verbanden, daermede
den lande van Hollandt, ofte eenige steden ofte inkomsten van dien souden
worden belast veralieneert ofte verbonden. Ende
ten eynde de voornoemde gecommitterden daervooren mogen genieten alsulcke
vereeringen als naer behoorden, hebben de Staten voornoemt daervooren
toegevoeght tesamen een derde part van de inkomsten van de gerchtigheydt van
den voornoemden zegele, blijvende hetselve recht van den zegele sulcks dat
tot noch toe in handen van Mr. Paulus Buys is betaelt, te weten: van
alle octroyen wesende voor steden, dorpen, collegien of te meer dan een
persoon seven ponden van veertigh grooten het pondt; commissien
voor hooftofficieren ses ponden, uytgesondert raedtsheeren, daeraf geen recht
van het zegel sal ontfangen worden, ende diergelijcke; van
alle brieven van gratie, remissen, pardonnen ende legitimatien ses ponden; van
bode-ampten ende creatien van notarisschap drie ponden; sonder
dat de voornoemde commissarissen eenige verder recht ofte pretensien sullen
mogen genieten, mids dat de voornoemde gecommitteerden van de resterende twee
derdendeelen ten behoeve van het ghemeene landt jaerlijcks verantwoorden sullen
in handen van de Gecommitteerden van de Staten. Er is
voorts geresolveert, dat jaerlijcks op de continuatie ofte veranderinge van
de voornoemde gecommitterden bij de Staten voornoemt gedisponeert sal worden
sulcks sijluyden tot dienste van den lande bevinden sullen te behooren. Ende
ten eynde dese in alles magh worden achtervolght, sal bij de voornoemde
gecommitteerden daertoe den behoorlijcken eedt gedaen worden in handen van de
Staten voornoemt ofte haerluyder gecommitteerden. [25] |
||
Zegel van Holland1585-1795:
Hollandse leeuw. L.: sigillum ordinum hollandiæ. |
||
Wapen van Holland op een prent, 1615 W.: Holland. K.:
19
parels. Wapen van
Holland op de Ambassadeurspenning, 1629 |
||
(Foto H.P. de Vries.) Gekroond
wapen van Holland aan de Gevangenpoort in Den Haag 1631 Op 23 mei 1631 besloten de Gecommitteerde Raden
van Holland dat het hoog tijd was om het vervallen
wapen "van den Keizer en Spagne" te vervangen door het eigen
Hollandse wapen. De ontwerptekening daarvoor werd gemaakt door Seger
Quirijnsz van der Maes, een Haagse kunstschilder die was gespecialiseerd
in wapens en heraldiek. De meester steenbeeldhouwer Jan Arentsz kreeg de
opdracht voor de vervaardiging van de nieuwe wapensteen. Ook de frontaal werd
bij die gelegenheid vervangen. In haar plaats kwam een fronton in de
toentertijd populaire renaissance stijl. Foto H.d.V. 2002 |
||
Wapen van Holland aan het praalgraf voor
Admiraal JacobVan Wassenaar van Obdam, 1667 Grote Kerk, Den Haag |
||
Wapen van Holland met de wapenspreuk VIGILATE DEO
CONFIDENTES en wapentrofee. Glasraam in de Grote Kerk
van Edam, 1625 Glas door een onbekende kunstenaar, ongedateert en
getiteld: Gecommitteerde Raden van het Zuiderkwartier. Dit is ongetwijfeld het wapen van de Hollandse
gewapende macht omdat het omgeven is door trofeeën. De kroon met fleurons zou
het glas dateren op vroeg in het 1e stadhouderloze
tijdperk (1650-1672).[26]) 1665 W.: Holland. K.: 5
en 4. M.: vigilate
deo confidentes. (Geschutgieterij Nieuwe Uitleg fig. 32) 1691
W.: Holland. K. Id. M.: Id. (figs. 34
& 35). Foto H.d.V. 08.2000 Wapen van
Holland aan de gevel van het Rijksmuseum in Amsterdam. W.: Holland. K.: 5. L.: vigilate
deo confidentes 1690 Wapen van Holland
aan de gevel van het Arsenaal in Delft Anno 1692. Kroon met vijf fleurons en de wapenspreuk vigilate deo confidentes Wapen van
Holland op een repartitielijst, 1742 W: Holland. K.: 5 en 4. |
||
Bataafse
Republiek |
1795-1806 |
|
1795-1796:
W.: Holland. K.: 5 &4. Schutte n°s 116, 117. Zegel van
de Provisionele Representanten van het Volk van Holland, 1795 Zegel: Hollandse leeuw. L.: sigillum populi hollandiae. (versneden
zegel van 1585). Zegel van
het Provinciaal Committé van Holland, 1796 Voormalig
gewest Holland 1798 Geen wapen. (Schutte n° 118) Dept. van de
Amstel 1798-1801 1798 Maagd met altaar en leeuw (Schutte n°s 112,
113) Dept. van de
Delf 1798-1801 1798 Maagd met altaar en leeuw (Schutte n° 114.) |
||
Dept. Holland |
1801-1807 |
|
1801 Statenleeuw (Schutte n° 119) |
||
Koninkrijk
Holland |
1806-1811 |
|
|
|
|
Dept. Maasland
|
1807-1811 |
|
1806 geen wapen (Schutte n° 206) Wapen voor
het Departement Maasland op de Orde van de Unie, 1807 Goud,
een witte ooievaar met een paling in de snavel.(Den Haag) |
||
Empire Français |
1811-1814 |
|
|
|
|
Dept.
Bouches de la Meuse |
1811-1814 |
|
Franse adelaar als boven maar met omschrift PREFECTURE DU DEP T
DES BOUCHES LA MEUSE (Schutte n° 234) Wapen van Frankrijk maar met omschrift PREF E DES
BOUDHES DE LA MEUSE (Schutte n°s 235-236) |
||
Koninkrijk
der Nederlanden |
||
|
||
Provincie Holland |
1814-1840 |
|
W.: Goud,
een rode leeuw met blauwe tong en klauwen. K.: 5 en 4. Wapenregister Hoge Raad van Adel, Den Haag |
||
1840- nu |
||
Wapen van
Zuid-Holland, na 1840-1947 Wapentableau van A.G. Zurcher. Hoge Raad van Adel,
Den Haag Wapen van
Zuid-Holland ~1850 Æ Zie verder ZUID-HOLLAND |
||
© Hubert de Vries 2017-02-28
[1] Dit artikel verscheen eerder in Vries, Hubert de: Wapens
van de Nederlanden. De historische ontwikkeling van de heraldische symbolen van
Nederland, België, hun provincies en Luxemburg. Amsterdam, 1995.
[2] Tacitus. Hist. IV, 12 ev.
[3] C.S.N. No. 503. CSN= Corpus Sigillorum Neerlandicorum. De Nederlandse Zegels tot 1300.
Afgebeeld en beschreven. In opdracht en onder toezicht van de Nederlandsche
Koninklijke Academie van Wetenschappen te Amsterdam. Martinus Nijhoff. 's
Gravenhage 1937-1940.
[4] C.S.N. No 507.
[5] Wapenrol Bigot, 1254: Brault, op.cit. p. 16 no 21.
Matthew Paris 1. Historia Anglorum B.L. Ms. Roy. 14.C.VII fol. 141v. Willem
gekozen tot koning van Duitsland: Goud, een klimmende rode leeuw met blauwe
nagels. Bijschrift: Primum scutum ejusdem de Holandia aspirantis ad imperium. 2
Chronica Majora B.L. Ms. Roy. 14.C.VII fol. 182v. Dood van Willem: Goud, een
klimmende rode leeuw met dubbele staart.
[6] Op zijn zegel uit 1299. Beelarts van Blokland, W.A.
De Zegels der Graven van Holland op het einde der dertiende eeuw. In: D.N.L.
1930, kol. 135-138. & C.S.N. nos. 542 & 543.
[7] Een populaire theorie dat Willem II de Rotterdammers
vanwege hun aandeel in de Slag bij Zierikzee tegen de Dampierres had toegestaan
hun wapen in 1305 met een van de vlaamse en hollandse
leeuwen gevierendeelde bovenhelft te vermeerderen, blijkt geen stand te houden
omdat het oudste zegel van de stad pas uit 1351 dateert. Hazewinkel, H.C. De
zegels en het wapen van Rotterdam. In: Zegels en Wapens van de Steden in
Zuid-Holland. Een bundel studiën o.l.v. E. Leemans-Prins. Zuid-Hollandse Studiën
XII. Den Haag, 1966, pp. 193-211.
[8] De punthoed met pauweveren (dus
geen haneveren zoals vaak abusievelijk wordt afgebeeld) op zijn ruiterzegel
(Vredius, 1639, p. 57). De pauwestaart in het wapenboek van Gelre, K.B.
Brussel, Ms 15652-56, fol 15v .
[9] Beelaerts van Blokland, W.A.: De oorsprong van den
Hollandschen Tuin. In: De Nederlandsche Leeuw, 1929. Kol. 3-12. Winter, P.J.
van: De Hollandse Tuin. In: Kunsthistorisch Jaarboek. 8 (1957) pp. 29-121.
[10] Enno van Gelder, H.: Jetons van de Hollandse Rekenkamer
met initialen. In: Jaarboek voor Munt en Penningkunde 36 (1949). Kuyk, J. van:
Jetons van de Nederlandse Rekenkamers in het Koninklijk Penningkabinet. In
Jaarboek etc. 36 (1949). Grote of St. Bavokerk, Haarlem. Dorsaal van de
koorbanken.
[11] Verslag over het jaar 1959 gedaan door de
Gedeputeerde Staten aan de Staten der Provincie Zuid-Holland afb. 22:
Briefcachet van het Provinciaal Comitté van Holland, 1796. Gem. Arch.
Voorschoten. Het oude zegel dat geneden werd volgens resolutie 9 januari 1585
vertoonde de hollandse leeuw vrijstaand binnen het
randschrift "Sigillvm Ordinvm Hollandiae". Het werd in 1795 versneden
waardoor het randschrift "Sigillvm Populi Hollandiae" ging luiden.
[12] Schutte, O.: Catalogus der zegelstempels, berustende
in het Koninklijk Penningkabinet en enige andere verzamelingen. In: De
Nederlandsche Leeuw. November 1971 kol. 329 e.v.: Dept. Amstel: 112,113. Dept. Delf:
114.
[13] Schutte, O. op.cit. 1971, nos.
240, 234, 235, 236.
[14] Dhanens, op. cit. 1985, p. 100-102
[15] Chroniick van Zeelandt Eertijds beschreven door d’Heer Johan Reygersbergen, nu verbetert, ende vermeerdert door Marcus Zuerius van Boxhorn. Dl. I-II. Middelburch, 1644. Dl. I, p. 152; Dl. II p. 92.
[16] Jeanne Verbij-Schillings: Het Haagse Handschrift van de Heraut Beyeren. Hs. Den Haag, Koninlijke Bibliotheek 131 G 37. Diplomatieke editie bezorgd door. Hilversum, 1999
[18] K.B. Brussel Ms. 15652-56 fol. 83 r
[19] In Verbey-Schillings op.cit fol 22. v°. Bij een passage over
Willem V maar het wapen van Willem VI is hieraan identiek.
[20] Bergsh. = Raneke, Jan: Bergshammar Vapenboken - En
Medeltidsheraldisk Studie. Lund, 1975.
[22]
Uit: Anthonis de Roovere, Cronicke van
Vlaenderen. Brugge, Openbare Bibliotheek, ms. 437.
[24] Verslag, p.19 & 21
[25] Verslag 1959, pp.36-37
[26] Ruyven-Zeman, Zsuzsanna van: Edam, de Glazen van de Grote Kerk, Edam, 1994. P. 57. Als onstaanstijd wordt 1625 ca. gegeven.